Donderdag 29/11 treinden we naar Brussel om Autoworld te bezoeken.
Dit museum is gelegen in het Jubelpark.
Net binnen stond dit pareltje van Belgische makelij te schitteren.
We bekeken de gebruikte materialen en merkten dat we eerst naar een ander soort voertuig moesten gaan kijken…
We kwamen bij de koetsen terecht en zagen meteen waar die automakers hun mosterd vandaan haalden.
Koets
Auto
We leerden zelfs dat de benamingen van auto’s (buggy, cabriolet, sedan, camion,…) eigenlijk allemaal soorten koetsen zijn. Hun gelijkaardige autovormen kregen dan ook dezelfde naam. We hanteren deze nog steeds.
Een hele poos leken de auto’s nog op koetsen ; qua materiaal, qua indeling,…
Stilaan werden de automobielen groter, luxueuzer,chiquer,…
Een product voor de elite dus!
Alle auto’s die toen in Belgie gemaakt werden waren exclusieve luxeproducten
voor de rich en famous van over de hele wereld.
Tot Henry Ford begon met auto’s te maken aan de lopende band.
Hij gebruikte bijvoorbeeld hetzelfde chassis voor verschillende modellen voertuigen om zo een hoge productie te kunnen verwezenlijken.
Een auto voor iedereen werd mogelijk!
De gewone gezinswagen.
De Ford mobilhome.
En de Ford camion.
